STAAT VAN GOED anno 1671


16/07/1671 : STAAT VAN GOED bij overlijden van Maria Pleck fa. Jans , echtgenote Merten De Dijn



achtergelaten 4 kinderen bij naeme
JAN en CLARA oud 8 jaar ,
MARIE oud omtrent 5 jaar
PAUWEL oud omtrent 4 jaar

met JAN DE DIJN fs. PAUWELS als voogd van de vaderlijke zijde en JOOS PLECK van de moederlijke zijde


Eerste hoofdstuk

De gronden van erfven toebehorend de voorste Merten De Dijn hem verstorven bij het overlijden van Pauwel De Dijn sijnen vader saligher

Eerst een behuijsde stede groot 1/2 bunder gheleghen binnen de prochie van Denderwindick ter Roost paelende
- oost Jan De Dijn
- suijt sheeren strate
- west de voorste Jan De Dijn
- noort Adriaen De Coene en Jooris Bruijlant

Item 1 dw. 25 roeden wesende leen ook geleghen ter Roost ghenaempt d'Bleeckers veldeken
- oost den Techem
- west den Cuybosch
- noort den Cuijbosch

Item noch 15 roeden bosch in den Cuijbosch wesende leen paelende
- oost de vijf dachwant
-west den hooslech
- noort de weduwe Pauwel De Dijn

Item noch 1 dachwant lant op Deijghen onder Pollaer paelende
- noort sheeren strate
- oost Christoffel Van Eesbeecke
- suijt Fr. De Roeij

Item noch 81 roeden lant onder Denderwindicke gheleghen op Slabeecke paelende
- oost de straete
- west den heere van Samberghen
- noort het Doorickveldeken

Item noch 25 roeden lant op dWalborrevelt paelende oost en suijt het selve goet

Item noch 20 roeden int Bleeckerveldeken paelende
- oost den Techem
- noort het leen
- west den Cuijbosch

Item noch 36 roeden hoppelochtinck in den behuijsde stede
- oost den Dries
- suijt Jan De Dijn


Tweede hoofdstuk

Hier naer volghen de erfgoeden van den overledene

1) een veldeken binnen de prochie van Denderwindicke ghenaempt den Swerten paelende
- noort sheeren strate
- oost haer self erfve
- suijt het Vosgeleghe
groot int geheele 4 dachwant 55 roeden belast met 6 guldens rente sjaers en noch 12 stuivers tjaers aen den Baron van Neyghen

2) 1 dachwant 9 roeden meersch in den Jaeghersmeersch belast met 3 stuivers sjaers aen den Baron van Neijghen paelende
- oost de Cappelrije van Lieferinghen
- suijt den Litersberch
- noort Fr. Roosen

3) Item 2 dachwant 5 roeden in de behuysde stede daer den houder jegenwoerdelick woent ghecocht bij den vader van den houder en den houder van den overledene en Pauwel heeft ghegeven aen de voerste kinderen gelegen binnen de prochie van Denderwindicke int ghehuchte ghenaempt te Boterdaele

4) Item 1 dachwant 25 roeden op den Weerbosch in de selve prochie van Denderwindicke

5) Item 1 dachwant 50 roeden binnen de selve prochie ghenaempt het Terweveldeken paelend noort en oost sheeren strate

6) Iteme een meersch binnen de selve prochie ghenaempt de Merckenbeke groot 75 roeden

7) Item 1/2 dachwant op de Merecauter , 1/2 dachwant op Gansevelt en 75 roeden op selve velt


Derde hoofdstuk

Hier naer volghen de conquesten geconquesteert met den overleijde soo het volght

1) 1 dagwand 5 roeden leen binnen de prochie van Denderwindicke op den Lietersberch paelende
- oost de Weduwe van Heer Joos De Groote
- suijt de Cappelrije van Nuwenhove
- noort Bernaert Van Brueseghem

2) Item 1 dagwand 25 roeden meersch binnen Denderwindicke in de Paeenmeersch ( in de Peijenbeek ) paelende
- oost de hoors van Matthijs De Ro
-  suijt de Grooten Lietersberch
- west de weduwe Laureys De Pape

3) 2 dagwand land op de Biest paelende
- oost Weduwe Joos De Groote
- noort Geert Pardaens

4) 150 roeden land binnen de prochie van Nuwenhove in het Hennekensvelt paelende
- oost Jan Plecke
- noort sheeren straete
- suijt Jan Nechelputte

5) I dagwand 25 roeden op de Merecauter paelende
- oost . . .


Vierde hoofdstuk

Hier naer volghen de haeffelycke meubele goederen bevonden naer den overleijde soo het volght , volgende de prisay van Jan Plecq en Adam Schoonjans

1) 2 peerden en een veulen ghepresen op 84 guldens

2) 4 koeien 2 veersen en 2 jonghe calveren ghepresen op 109 guldens

3) 2 verckens ghepresen op 6 guldens

4) eenen waeghen , een ploeghe en een heghde , een steurkere ( stootkar ) met de toebehoorten tsaemen 49 guldens

5) 600 pont hoppe a 10 guldens het 100 tsaemen 60 pond

6) de hopstaecken ghepresen op 4 guldens het 100 tot 700 is tsaemen 28 guldens

7) 100 bundels vlas gepresen op 8 stuivers den bundel is 40 guldens

8) 12 veertels leijsaert gepresen op 1 gulden 10 stuivers het viertel is 18 guldens

9) 120 tienlinghen terve a 15 stuivers den thienlinck is 90 guldens

10) 278 tienlinghen cooren a 15 stuivers den thienlinck en is 208 guldens 10 stuivers , dit werd echter doorstreept en vervangen door 1/4de hiervan namelijk 52 guldens 8 schellingen

11) 35 thienlinghen haever a 18 stuivers den tielinck is 31 guldens 10 stuivers

12) 10 thienlinghen erten en maakt 3 guldens ( blijkbaar geprezen aan 6 stuivers voor het tienling erwten )

13) 17 thienlinghen gerst a 15 stuivers is 12 guldens 15 stuivers

14) 27 thienlinghen somervitsen a 12 stuivers is 16 guldens 4 stuivers

15) 2 veertels boonen a 12 stuivers het viertel is 1 gulden 4 stuivers

16) h ettelyck ( ettelijke ) ronssche boonen en ronssche erten tsamen 1 gulden

17) 7 sacken caf is 1 gulden 8 stuivers

18) 1 vat heynsuijn ( doorgestreept , erboven staat ansnijn  ) : 12 stuivers

19) 7 voeren hooi a 6 guldens het voer is 42 guldens

20) 2 voeren tommaert a 5 guldens het voer is 10 guldens                  ( redactie : tommaert is de derde snit van het hooi )

21) 200 stroey is 4 guldens

22) mers ( mest ) ligghende in de hove is 4 guldens 10 stuivers

23) hettelyck hout soo mutsaert als ander hout is 10 guldens

24) een vleeschblock met 2 stoelen en een bancke is 1 gulden 10 stuivers

25) een muijlle met 2 manden met 1 pender is 1 gulden 16 stuivers

26) 2 cetels ( ketels ) met eenen heyseren pot met noch een cetel is 12 guldens

27) een latte met 3 haelen met eenen brandeler is 5 guldens 5 stuivers

28) 4 cuijpen en een boetervat ( botervat ) en hettelycke teelen ( ettelijke teilen ) is 3 guldens 10 stuivers

29) 5 tonnen is 5 guldens

30) een cnappe met 2 steenen troeghen ( troggen )  is . . .

31) een leijse , een ruster , een tanghe , een tuijmeler , hettelijcke schootels en lepels tsaemen 3 guldens

32) een meshaeck , een greep , een reck , een gaffel , een vuijme , een schip , een bol met 2 bleesbeijlen met slaghersmessen met eenen bol haemer met eenen anderen haemer tot 5 guldens 17 stuivers

33) een corf bieen ( een bijenkorf ) is 2 guldens 8 stuivers

34) een vispaen ( visspaan ) met een lepel is 15 stuivers

35) een veetel met 3 scherfbedden met een gref , een huijssel , een seijve ( een zeef ) met 2 sneijmessen is 2 guldens

36) 2 bessems ( bezems ) met een leer met 2 draeboomen tsamen 3 guldens 3 stuivers

37) 12 tinne schoetels , 6 tinnen taeloeren ( teljoren ) , 3 tinnen cannekes , 5 lepels met een tinne sautvat ( zoutvat ) tsamen . . .

38) 2 houwe ringhen ( 2 gouden ringen ) , 2 silver madaellen ( medailles ) met een silver eyser tot 12 guldens 6 stuivers

39) 2 beddens met 2 huppelinghen met 3 cussens met 2 spuynssche sursen ( 2 spaensche saergen ) tot 48 guldens

40) 6 paar slaeplaeckens met 12 vrouwenhemdens tot 20 guldens

41) 4 vrouwenrocken met 3 lefkens ( lijfjes ) tot 66 guldens 10 stuivers

42) 24 muytsen ( mutsen ) en 18 colieren ( " des colliers " ) en craeghen , 3 paer causen en een paar schoenen is 10 guldens 4 stuivers

43) een casacke met 3 broecken een paer schoenen met 2 manshoeens ( manshoeden ) , 1 vrouwenhoet samen 9 guldens

44) een canne met 3 ghelaesen ( kan met 3 glazen ) met eenen . . . is 2 guldens

45) 17 manshoedens met noch 6 craeghen met noch ettelycke alsdoecken ( halsdoeken ) samen 18 guldens

46) 3 cisten ( kisten ) , een buffet , een coets.. samen 42 guldens

47) een casbedde met 3 wercksursen ( 3 werksaergen ) samen 1 gulden 10 stuivers

48) 5 flauwijnen 5 ommelaeckens met 12 servietten samen 24 guldens

49) een hangheneijser ( een hangijzer ) met een panne en een schere ( een schaar ) samen 1 gulden 2 stuivers

50) 3 waeter hemers ( wateremmers ) met 2 lichtvaeten samen 1 gulden 6 stuivers

51) 1 seijen vorsschoet ( een zijden voorschoot ) met 2 leijwaeten vorschotten ( voorschoot ) met noch een groenen vorsschoet met een placxpaen samen 3 guldens

52) een waefeleyser ( wafelijzer ) met een ghelaese fleesche ( glazen fles ) samen 2 guldens 8 stuivers

53) een wan en een vleghel samen 10 stuivers

54) een manscraeghe en een vrouwencraeghe samen 1 gulden 16 stuivers

55) int goet van Passchier Vander Maelen over reste van obligatie 14 guldens

56) int goet van Gillis Van Herreweghen over labeur 5 guldens

Samen tot 3203 guldens 4 stuivers


Vijfde hoofdstuk , de prijs van het labeur en mesvat en beternisse van het lant

1) 5 dagwand in Denderwindicke op het Reijsevelt met 4 vooren a 7 guldens het dachwant is 35 guldens

2) 75 roeden lant op het Vijvervelt onder Denderwindicke ghelabeurt met 3 vooren is 3 guldens 19 stuivers

3) 2 dagwand in het Vosgeleghe ghelabeurt met 3 vooren a 5 guldens 5 stuivers het dagwand  is 10 guldens 10 stuivers

4) 3 dagwand op den Litersberch ghelabeurt met 3 vooren a 5 guldens 5 stuivers is 15 guldens 15 stuivers

5) 3 dagwand ghemest met een voer metsel a 8 guldens het dachwant is 24 guldens

6) 1,5 dagwand ghelabeurt met 3 vooren is 7 guldens 17,5 stuivers

7) 50 roeden op de Peyenbeek met 3 vooren is 2 guldens 12,5 stuivers

8) Deselve partije ghemest met een volle metsel is 4 guldens

9) 1 dagwand met 4 vooren a 7 guldens het dachwant gheleghen int Tervevelt is 7 guldens

10) 1,5 dagwand op den Merecauter ghelabeurt met 4 vooren a 7 guldens het dachwant is 10 guldens 10 stuivers

11) de partije is ghemest met een volle metsel a 8 guldens het dachwant is 12 guldens

12) 2 dagwand op de Biest ghelabeurt met 4 vooren is 14 guldens

13) Dese 2 dachwant ghemest met een volle metsel is 16 guldens

14) 2 dagwand op de Cortenbosch met 4 vooren is 14 guldens

15) Dese partije ghemest met een volle metsel is 16 guldens

16) 50 roeden op het Apelterevelt met 4 vooren is 3 guldens 10 stuivers

17) 50 roeden op den Bever binnen de prochie van Nuwenhove met 4 vooren is 3 guldens 10 stuivers

18) Item dese partije ghemest en ghemerrelt is samen 7 guldens

19) 75 roeden op den Weerbosch met 3 vooren is 3 guldens 18,5 stuivers

20) 25 roeden te Boterdael met 3 vooren is 1 gulden 6 stuivers 1 oort

21) 1dagwand op de Weerbosch met 1 voore is 1 gulden 16 stuivers

22) dese partije over een derde meste is 2 guldens 18,5 stuivers

23) 2 dagwand stoppelen onder de prochie van Windicke over een derde meste is 6 guldens 6,5 stuivers

24) 1,5 dagwand onder de prochie van Nuwenhove ghenoempt het Hennekensvelt over een derde mesvel is 4 guldens

25) 1 dagwand onder deselve prochie op den Lodderdries over het derde mesvel is 2 guldens 14,5 stuivers

26) 2 dagwand onder deselve prochie ghenoempt het Crapaende over het 3de van te merrelen is 6 guldens

27) 2 dagwand in 2 partijen over het derde mesvet is 5 guldens 6,5 stuivers

28) 3 dagwand op het Reijsevelt over het 3de mesvet is 8 guldens

29) 1,5 dagwand op het sMeijersvelt over het 3de mesvet is 4 guldens

Alles samen tot 238 guldens 8 stuivers

( terloops : Merten De Dijn bewerkt iets meer dan 38 dagwand dus bijna 12 hectares )


Zesde hoofdstuk , de commeren en schulden

1) aan de prelaat van Vicoigne over pachting 132 guldens 8 stuivers

2) schuldich van achterstel van een rente aan Van Waesberghe in Ninove van 9 guldens verachterd van 3 jaar is 27 guldens

3) schuldich aen Weduwe Gillis Van Vaerenberch overleden meyer van den lande van Wedergrate over sekere obligatieter somme van metten intrest is 135 guldens

4) aen Eloy Van Eesbeeke over verdinghden schoof tot 8 guldens

5) aen Jan Van Heghe over verdinghden schoof tot 12 guldens

6) aen Jan Baptiste Lemmens over achterstel van setting tsaemen tot 82 guldens

7) aen den schoenmaecker over een paar schoenen 2 guldens 5 stuivers

8) aen dhoirs van wijlen Pauwel De Dijn saligher over het verderden van leeenen ( verderden van een leen ) tot 60 guldens

9) aen dhoirs Jan Weijns huer lantpacht over 2 jaeren van 21 gulden sjaers is 42 guldens

10) aen Pieter De Ro over lantpacht van 2 jaeren van 8 guldens 10 stuivers sjaers is 17 guldens

11) aen Adriaen en Ghespaert ( Jaspar ) Thienpont over 2 jaeren lantpacht van 4 gulden sjaers is 8 guldens

12) aen de Rijcke Claeren binnen Gent over lantpacht over 3 jaeren is 40 guldens

13) aen Smet van Vollesele ( geen familienaam vernoemd ) over verdienden harbeijt 9 guldens

14) aen Carlier over verdienden harbeijt 16 guldens

15) van parteijcken aen correelsteen maecken over leveringhe van waeren tot 1 gulden 4 stuivers

16) aen den heere Pastoor over verdinghden schoof is 15 guldens 8 stuivers

17) aen den cnecht ( de dienstknecht ) over sijn huere ( huur is loon ) tot 15 guldens 8 stuivers

18) aen de maerte over haer huere is 8 guldens 5 stuivers

19) aen Jan Pleck vader van overlijden over gheleenden gelde en noch van een mestcalf tot 16 guldens 18 stuivers

20) aen Joos Pleck over verdinghden schoof is 9 guldens

21) aen Pieter Somers over het leveren van een stenen cruijs voor den overlijden is 3 guldens

22) aen Leveijn Thienpont ( Livinus Thienpont ) over verdinden harbeijt tot 3 guldens

23) over reste van coegelt en maelgelt tsamen 10 guldens 19 stuivers

Samen tot 662 guldens 8 stuivers


Aldus gedaen by den houder in persoon aan Frans Vanden Abbeele bailliu , Christoffel De Ro , Jan De Nayer , Jacobus Cools en Gillis Van Brueseghem scepenen de voogden op de 15de juni 1671 ondertekend Willis


REDACTIE :

Biografische gegevens omtrent Merten De Dijn x Maria Pleck

Hij ° 1637 als zoon van Pauwel De Dijn en Clara Sauvain

Zij is dochter van Jan Pleck en Martina Van Varenberch

Na het overlijden van Maaiken Pleck hertrouwt Merten De Dijn met Maria De Dobbeleer

Omtrent de kinderen uit dit huwelijk die vermeld zijn in de staat van goed :

       1) Jan , vermoedelijk vroegtijdig overleden , bij het 2de huwelijk van zijn vader wordt in 1673 hun kind Joannes geboren

       2) Clara x Jacobus Valck , deze Jacques Valck had in 1723 een bedrijf in Boterdael van 1657 roeden ( 5,5 hectares )

       3) Maria x Martinus De Claire , alias De Cleer , nageslacht tot heden

       4) Pauwel x Anna De Smet , hij had in 1723 ook een hofstede in Boterdael met een bedrijfsareaal van 6565 roeden ( bijna 32 hectares )  , hieruit nageslacht tot heden